Partijen betrokken bij het Innovatieplatform – waar Van der Hoeven zelf
bestuurslid van is, samen met premier Balkenende – zijn kritisch op de
bereikte resultaten. Er moet door de overheid meer gedaan worden om
Nederland innoverend te houden, anders raakt het land achterop.

Volgens minister Van der Hoeven hebben de betrokken partijen, waaronder
bedrijven, boter op hun hoofd als ze die kritiek spuien. Het valt haar op
dat het vooral subsidie-ontvangende partijen zijn die stellen dat ze meer
geld willen van de overheid.

"Het ligt er wel aan wie dat zeggen. Aan de Kennisinvesteringsagenda
werken bijvoorbeeld alleen organisaties mee die zelf subsidie ontvangen,
zoals universiteiten en TNO. Dat zijn geen partijen die eigen geld steken in
innovatie.", aldus Van der Hoeven in dit
interview met Z24
.

Grote bedrijven
Naar grote bedrijven zoals DSM – waarvan topman Feike Sijbesma tevens
betrokken is bij het Innovatieplatform – kaatst Van der Hoeven de bal ook
terug. Als bedrijven klagen dat de overheid te weinig in kennis investeert,
moeten ze ook naar zichzelf kijken, stelt Van der Hoeven.

"Als men bij mij aankomt met ‘Van der Hoeven, effe vangen’, en er wordt
niet gereageerd op de vraag: ‘wat doe je zelf aan innovatie, wat investeer
je er zelf in, welke keuzes maak je?’ Dan is dat niet goed. Zo is de
situatie soms nog wel een beetje. Het grootbedrijf en het mkb moeten ook
zelf aangesproken kunnen worden op wat ze doen aan innovatie, want op deze
manier redden we het niet."

Meer kernenergie
Van der Hoeven toont zich in het
interview
met Z24 ook een warm voorstander van kernenergie. In het kader
van de beperking van de uitstoot van broeikasgassen is naast
energiebesparing ook kernenergie nodig.

"Ik vind dat een volgend kabinet een besluit moet nemen over kernenergie.
Of er één, twee of drie centrales bij moeten komen, daar wil ik vanaf zijn.
Maar je kunt niet zeggen: ik wil geen kernenergie en toch Co2-vrije
energievoorziening", aldus de minister.

Minder ministeries
Van der Hoeven vindt dat de overheid zichzelf logischer in moet delen. Dat
leidt volgens haar tot meer efficiëntie en dus kostenbesparingen. Er moet
een herschikking komen, waarna er minder ministeries over kunnen blijven.

"Het zou mogelijk moeten zijn om misschien met minder departementen uit
te komen. Er is bijvoorbeeld een blok dat te maken heeft met ruimtelijke
ordening en milieu, en een ander blok voor economie, kennis en innovatie."

Beschikbaar als minister
Van der Hoeven gaf eerder al aan niet beschikbaar te zijn voor de
kandidatenlijst van het CDA in de Tweede Kamer. Maar als minister keert ze
graag terug, want ze is beschikbaar.

"Wie is dat niet? Je weet niet hoeveel departementen er komen, hoeveel
ministers en staatssecretarissen. Maar als er na de verkiezingen een
driepartijenkabinet komt, en dat sluit ik niet uit, heb je wel wat posten
nodig om te verdelen."

Lees ook:

Minister Van der Hoeven: 'Kernstroom inzetten voor
klimaatdoel'

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl